Soorten kinderzitjes
Babyzitje
- Babyzitjes hebben gordelriempjes die veel smaller zijn en dus aangepast aan het lichaam van het jonge kind. De zitjes zelf maak je met de veiligheidsgordel of via een Isofixsysteem vast in de auto. Die informatie vind je terug in de handleiding.
- Een babyzitje zet je altijd tegen de rijrichting in de auto.
- Als je een zitje tegen de rijrichting op de passagierszetel voorin plaatst, moet je de frontale airbag op die plek uitschakelen.
- Zitjes tegen de rijrichting zijn het veiligst voor jonge kinderen.
- Schakel pas over naar een peuterzitje als je baby met het hoofd boven de rand uitkomt of niet meer binnen de lengte- of gewichtslimieten van het zitje valt (zie oranje label op het zitje).
Mag je een baby in een reiswieg vervoeren?
- Baby’s tot 10 kilo mag je ook in een reiswieg vervoeren.
- Een babyzitje tegen de rijrichting is veiliger dan een reiswieg!
- De reiswieg moet goedgekeurd zijn voor gebruik in de auto. Controleer of er een oranje label met keurmerk op de reiswieg zit.
- Een reiswieg bevestig je op de achterbank, er bestaan verschillende systemen. Lees de handleiding goed voor correct gebruik.
Peuterzitje
- Peuterzitjes hebben gordelriempjes die veel smaller zijn en dus aangepast aan het lichaam van het jonge kind. De zitjes zelf maak je met de veiligheidsgordel of via een Isofixsysteem vast in de auto. Die informatie vind je terug in de handleiding.
- Afhankelijk van het type moet je het zitje met de rijrichting mee of tegen de rijrichting installeren. Lees aandachtig de handleiding van het zitje.
- Als je een zitje tegen de rijrichting op de passagierszetel voorin zet, moet je de frontale airbag op die plek uitschakelen.
- Voor kinderen tot 15 maanden zijn zitjes tegen de rijrichting het veiligst.
- Schakel pas over naar een groter model (verhogingskussen) als je kind met het hoofd boven de rand uitkomt of niet meer binnen de lengte- of gewichtslimieten van het zitje valt (zie oranje label op het zitje).
Verhogingskussen
- Het verhogingskussen voor oudere kinderen zorgt ervoor dat de gewone gordel precies op de juiste plaatsen zit om je kind voldoende te beschermen.
- Een verhogingskussen installeer je met de rijrichting mee.
- Verhogingskussens met een rugleuning en een zijdelingse hoofdsteun zijn veiliger, omdat ze meer zijdelingse bescherming voor het hoofd bieden.
- Schakel over op de gewone veiligheidsgordel als je kind met het hoofd boven de rand uitkomt of niet meer binnen de lengte- of gewichtslimieten van het verhogingskussen valt (zie oranje label op het zitje).
- Vanaf 1,35 meter mag je je kind gewoon met de gordel vastklikken, maar het gebruik van een verhogingskussen is aan te raden tot je kind 1,50 meter groot is. Je verhogingskussen moet dan wel goedgekeurd zijn tot die lengte (zie oranje label).
- Geen verplichting om de frontale airbag voorin uit te schakelen, maar wel aan te raden. Als dat niet lukt, kan je ook de passagierszetel zo ver mogelijk naar achteren zetten. Let erop dat er zich tussen de airbag en het kind geen enkel voorwerp bevindt (bv. speelgoed).
Meegroeistoelen
Tegenwoordig zijn er ook kinderzitjes op de markt die ‘meegroeien’. Je kunt ze ombouwen van babyzitje tot peuterzitje, sommige zelfs tot verhogingskussen. Kijk de handleiding heel goed na voor het gebruik en het ombouwen van deze zitjes. Hoe meer ombouwmogelijkheden het stoeltje heeft, hoe groter de kans op foutief gebruik.